Lerarendebat in Tweede Kamer nog lang niet afgerond Onderwijsminister Arie Slob kwam vanmiddag nauwelijks toe aan het beantwoorden van de vragen van Kamerleden over het lerarentekort. Het waren er te veel. Wel gaf hij aan vast te houden aan de bedragen die in het regeerakkoord voor onderwijs zijn gereserveerd. 21 februari 2018 • TEKST Joëlle Poortvliet - Redactie Onderwijsblad Zijn spoorboekje, noemt Arie Slob het. “Ik blijf zeggen: dit is het geld waar ik het mee moet doen. Daarmee wil ik wel maximaal doen wat er binnen mijn mogelijkheden ligt.” De minister denkt dat de oorzaken van het lerarentekort divers zijn en dat daarom ook een ‘breed palet aan maatregelen’ nodig is. Coalitie-partner VVD focust bijvoorbeeld op ‘laaghangend fruit’. Denk aan zzp-ers en gepensioneerden toelaten tot Vervangingspools wat nu niet mogelijk is. Of zij-instromers via particuliere instellen lerarenopleidingen laten volgen, wat de minister overigens geen goed idee vond. GroenLinks en de SP stelden voor om wat geld vrij te maken door de raden van toezicht in het primair onderwijs te schrappen. Medezeggenschapsraden zouden deze taken kunnen overnemen, aldus de oppositiepartijen. Maar daar voelde de verantwoordelijk minister Ingrid van Engelshoven weinig voor. “Ik zie daar geen meerwaarde in, eerder risico’s.” Naïef De AOb noemt de vele losse voorstellen vooral naïef. Bestuurder Eugenie Stolk: “Er zal best wel geld te vinden zijn dat je anders kunt uitgeven. Maar als ik hoor dat Paul van Meenen (D66, red.) vindt dat “het onderwijs ook iets moet gaan doen”, of Michel Rog (CDA, red.) zie beweren dat de bijscholing zo duur is, dan zie ik toch eerder het onvermogen van de coalitie om een wezenlijke oplossing te bedenken voor de crisis die het primair onderwijs treft ” Stolk was aanwezig bij het debat in Den Haag. “Ik vond het heel verkokerd, teveel op details en gericht op de korte termijn. Ik snap best dat de minister zich komende drie jaar moet houden aan het Regeerakkoord, maar er moet echt een lange termijn-agenda komen, een deltaplan voor het onderwijs waaruit hoop en perspectief blijkt. Dat je denkt: in die sector ga ik werken, want daar word ik gewaardeerd voor wat ik doe, zowel in professionele ruimte als in geld.” Invlechting Slob stond overigens niet onsympathiek tegenover het idee om onderwijspersoneel uit het voortgezet speciaal onderwijs (vso) te verhuizen naar de cao voor voortgezet onderwijs. “Deze situatie is historisch gegroeid, vanuit de expertisecentra in het speciaal onderwijs. Als we dat anders zouden willen, dan moet er een invlechting plaatsvinden. Dat is niet eenvoudig, maar in principe kan alles. Er zit wel een prijskaartje aan.” Zodra het over geld ging, kaatste hij de bal naar de cao-tafel. “Als de werkgevers- en werknemersorganisaties hun werk snel hadden gedaan, dan hadden leraren in het primair onderwijs al per januari meer salaris kunnen krijgen”, stelt de minister. Stolk reageert dat er keihard aan wordt gewerkt. “De overleggen zijn al geïntensiveerd. We zitten elke week met elkaar aan de tafel en tussendoor steken we veel tijd in de voorbereiding van die overleggen. Maar het is complex want met 270 miljoen euro voor salarissen kunnen we niet de cao maken die noodzakelijk is voor de sector.” Verder wil Slob met de PO-raad gaan praten over het toepassen van de functiemix, wat nog steeds onvoldoende gebeurt. En moet personeelsbeleid op scholen beter worden opgepakt. Slob: “Het welbevinden van docenten, ze carrièreperspectieven en uitdaging bieden, dat heeft ook met goed werkgeverschap te maken. Als je geen perspectief hebt, ga je het ergens anders zoeken.” Geschoffeerd De minister van het primair en voortgezet onderwijs kwam niet toe aan het beantwoorden van alle vragen, maar ging nog wel even in op de recente subsidieregeling van achtduizend euro voor werkdrukverlaging voor vijftig van de zevenduizend basisscholen. Hij had gemerkt dat dit plan niet helemaal in goede aarde viel. “Ik kreeg brieven van schoolbesturen die zich geschoffeerd voelden.” Maar, zo redeneerde Slob, hij voerde slechts een motie uit van het vorige kabinet. “Natuurlijk is het niet dé oplossing voor het lerarentekort, maar scholen kunnen op specifieke onderwerpen een stapje zetten.” Er zijn meer aanvragen binnengekomen dan er budget is, aldus de minister. “Dus het gaat gewoon door.” Lees ook: ‘De stofkam gaat ‘m echt niet worden’. Na de voorjaarsvakantie debatteert de commissie onderwijs van de Tweede Kamer verder. De precieze datum wordt nog ingepland.
Groei bij pabo, krimp bij lerarenopleidingen vo 15 mrt De pabo’s zitten met 146 eerstejaars meer dan in 2021 een beetje in de plus. Daar houdt voor de onderwijssector het positieve nieuws op. De... LEES VERDER
Tekstloos prentenboek neemt boekenangst weg 1 mrt Voor onderwijs aan kinderen die niet kunnen of willen lezen, zijn tekstloze prentenboeken een verademing. Die boeken goed gebruiken in de klas vereist vakmanschap LEES VERDER
Leraar worden? Duik in het vak 19 jan Tijdens ‘Expeditie leerkracht’ ontdekken docenten-in-spe snel of het vak van leerkracht iets voor ze is. De eerste dag oefenen ze in het Technolab van de... LEES VERDER
Minister wil meer steun voor medezeggenschap hoger onderwijs 10 jan Minister Robbert Dijkgraaf wil niet alleen landelijke richtlijnen voor de financiële vergoedingen van leden van medezeggenschapsraden in het hoger onderwijs, maar ook voor hun scholing... LEES VERDER