De onderhandelaars van de AOb, de andere bonden en de werkgevers bereikten in juni 2022 een akkoord voor een nieuwe cao. De afspraken vind je terug in dit nieuwsbericht. Een krappe meerderheid stemde in met het akkoord.
De huidige cao loopt van 1 april 2022 tot en met 31 maart 2023. De afspraken gelden voor zo’n 55 duizend universiteitsmedewerkers.
Op 10 januari hebben de bonden, AOb, FNV, CNV en FBZ hun gezamenlijke inzet voor een nieuwe cao 2023 aan de werkgeversdelegatie overhandigd. De start van de cao-onderhandelingen is hiermee een feit. Deze officiële handeling werd ook bijgewoond door de actiegroepen, 0.7, de Casual Academies, WOinActie en de belangenorganisaties het PNN en PostdocNL. Met de aanwezigheid van deze organisaties werd de noodkreet om meer vaste banen voor met name docenten en onderzoekers extra onderstreept. Daarbij werd ook gewezen op de petitie van FNV #MeerVasteBanenNU.
De bonden en werkgevers hebben vervolgens elkaars inzetten besproken. De werkgevers willen onder meer afspraken maken op het gebied van de wervingskracht van de universiteiten en het behoud van medewerkers, afspraken voor het creëren meer vaste banen en duurzame inzetbaarheid. Het eerste overleg biedt perspectief om tot een goede cao-afspraken te kunnen komen. Zover zijn we echter nog niet.
Check de volledige tekst van de gezamenlijke inzet van de bonden voor een nieuwe cao.
Hoe meer leden, hoe sterker wij staan bij de onderhandelingen voor jouw cao. En, wanneer je lid bent, heb je inspraak en kun je hier invloed op uitoefenen. Ook organiseren we bijeenkomsten voor leden rondom de (nieuwe) cao’s, zodat je er optimaal gebruik van kunt maken. Daarnaast heb je als lid nog veel andere voordelen, zoals recht op rechtsbijstand voor je werk en inkomen en elke maand het Onderwijsblad op de deurmat. Word lid
Werknemers hebben recht op scholing. De werkgever kan de werknemer desgevraagd faciliteiten verlenen voor het volgen van een studie of opleiding. Wanneer het volgen van een studie of opleiding noodzakelijk is voor een goede vervulling van de huidige of een toekomstige functie, dan zal de werkgever de noodzakelijke faciliteiten aan de werknemer verlenen. De werkgever stelt nadere regels voor het faciliteren van scholing en opleiding.
Er ligt sinds juli 2022 een onderhandelaarsakkoord voor een nieuwe cao onderzoekinstellingen. Deze cao heeft een looptijd van 1 januari 2022 tot en met 30 juni 2023. Op dit moment worden de achterbannen geraadpleegd.
Werknemers in het wetenschappelijk onderwijs krijgen jaarlijks ten minste twee ontwikkeldagen om te werken aan duurzame inzetbaarheid. Deze dagen mogen ook worden opgespaard als daar voor het einde van het jaar een schriftelijke afspraak over wordt gemaakt. Zonder afspraak vervallen niet gebruikte dagen bij het einde van het kalenderjaar. De besteding van de dagen kan worden vastgelegd in een portfolio.
In de cao van de Nederlandse universiteiten staat voor het ondersteunend- en beheerspersoneel (obp-personeel) dat er jaarlijks een ‘aantal passende ontwikkelinitiatieven’ moeten plaatsvinden. In overleg met de werkgever wordt daarvoor een plan opgesteld. De werkgever faciliteert het ontwikkelproces en stelt voldoende geld beschikbaar. Het werken aan de eigen ontwikkeling is onderdeel van het functioneren en komt terug tijdens een jaargesprek.
AOb-leden praten mee over de cao. Dit kan via de sectorraad wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. Samen met de sectorraad bepalen de AOb-onderhandelaars de inzet voor het cao-overleg. Zodra er een onderhandelaarsakkoord ligt, wordt deze via regionale bijeenkomsten en een digitale peiling voorgelegd aan de AOb-leden. Deze peiling is een advies aan de sectorraad. De raad beoordeelt dit en neemt dan een definitief besluit. Wil je actief meepraten? Geef je op voor de sectorraad via bestuur@aob.nl
De bonden hebben in de gezamenlijke inzet voorstellen gedaan om voor alle functies meer zekerheid op vaste banen te geven. Voor docenten en onderzoekers stuitten dat echter op grote weerstand bij de werkgevers. Niettemin hebben we afspraken voor docenten en onderzoekers gemaakt die meer perspectief bieden voor doorstroom naar UD-functies. Zij hebben als interne kandidaten een voorrangspositie bij gelijke geschiktheid.
Huidig WP met een vidi krijgen óók een vaste baan.
Het Lokaal Overleg krijgt een belangrijke rol om de noodzaak van de flexibele schil van onder meer docenten en onderzoekers ter discussie te stellen, waarmee de basis kan worden gelegd om dit te beperken. Een voorbeeld kan het terugdringen van tijdelijke dienstverbanden zijn in deeltijd.
Tot 1 juli 2023 geldt de huidige termijn van 13 maanden. Daarna geldt de termijn van 10 of 11 maanden.
Oudere werknemers met een dienstverband van 15 jaar en die 5 jaar of korter voor de AOW-leeftijd zitten, krijgen vanaf 1 juli 2023 een ontslagbeschermingstermijn van 12 maanden. Voor de andere werknemers gaat de verdere verkorting van de termijn pas per 1 januari 2025 gelden.
Daar staat tegenover dat tijdens de ontslagbeschermingstermijn werknemers volledig vrijgesteld zijn om ander werk te kunnen vinden. Ook krijgen werknemers een marktconform budget voor professionele hulp voor het vinden van ander werk en blijft de mobiliteitspremie uit de cao gelden.
Alleen universitair docenten, universitair hoofddocenten en hoogleraren die al een tijdelijk dienstverband hebben vallen onder de regeling. Wel moet aan al de daarin genoemde voorwaarden worden voldaan. Belangrijk is dat wanneer je structureel werk verricht in de functies, je niet onder de knelpuntenregeling valt.
Het Lokaal Overleg, waar de bonden inzitten, maakt afspraken over de indeling van werktijd en het bewaken van privétijd. Verder dienen met het Lokaal Overleg afspraken te worden gemaakt over een reële taakopdracht in relatie tot de omvang van het dienstverband waarbij de normen daarvoor transparant, redelijk en realistisch dienen te zijn. De medezeggenschap zal rekening dienen te houden met de afspraken van het Lokaal Overleg. Ook individueel levert dat een basis voor het jaargesprek.
Het thuiswerken is geen recht, maar ook geen plicht. Met de werknemer, het team en leidinggevende worden afspraken gemaakt over de mogelijkheden van het thuiswerken. De vergoeding van 2 euro per thuiswerkdag is gelijk aan de vergoeding die het Nibud heeft berekend. Het gaat om een netto vergoeding. Dit geldt ook voor de internetvergoeding. Universiteiten maken afspraken over de reiskostenvergoeding voor de dagen dat werknemers op de universiteit werken. Het Lokaal Overleg maakt afspraken over het hybride werken.
Jij bepaalt zelf of het gedrag of een handeling van een ander voor jou grensoverschrijdend en/of ongewenst is. De beoordeling of bepaalde gedragingen (verbaal of lichamelijk) voor jou wel of niet toelaatbaar zijn, is subjectief en persoonlijk. Cultuur of maatschappelijke omgangsnomen kunnen hier invloed op hebben. Het kan dus zijn dat iets voor jou niet aanvaardbaar is, maar dit wel is voor anderen. Maak daarom altijd duidelijk waar jouw grenzen liggen. Worden de door jouw aangegeven grenzen niet in acht genomen, dan kun je naar de ombudsman verbonden aan jouw universiteit. (Zie onderstaande stroomschema’s.) Kom je er zelf niet uit en heb je behoefte aan hulp en ondersteuning, neem dan contact op met onze medewerkers van het Informatie en Advies Centrum.
Voor meldingen en klachten, kijk hier wat je kunt doen en waar je moet zijn. Voor Engels, klik hier.
Voor meldingen en klachten aan bijzondere universiteiten, klik hier. Voor Engels, klik hier.
Donald Pechler onderhandelt namens de AOb met de werkgevers over de cao's in het wetenschappelijk onderwijs. Wil je actief meepraten? Geef je op voor de sectorraad wetenschappelijk onderwijs en onderzoek via: bestuur@aob.nl