Algemeen

'Publiek register bijbanen helpt wetenschappelijke integriteit te waarborgen'

Er moet een openbaar, landelijk register komen met de bijbanen van hoogleraren, heeft minister Robbert Dijkgraaf eerder deze week aangegeven. "Wil je alle schijn van belangenverstrengeling voorkomen, dan helpt een openbaar register de wetenschappelijke integriteit te waarborgen", reageert AOb-sectorbestuurder Donald Pechler.

Tekst webredactie en hoger onderwijs persbureau (HOP) - - 3 Minuten om te lezen

computer

Beeld: Pixabay

Het is eigenlijk heel eenvoudig, zei minister Dijkgraaf deze week in actualiteitenprogramma Nieuwsuur. “We moeten gewoon een website hebben waar je kunt zien welke andere banen een hoogleraar of een onderzoeker heeft.” Voor het einde van dit kalenderjaar moeten de universiteiten hem een plan overhandigen hoe ze het register willen maken. “Het is geen vrijblijvende kwestie”, voegde hij eraan toe. Volgens hem voelen de universiteiten nu de urgentie niet genoeg en zou een goede registratie meer prioriteit moeten krijgen.

De redenering is: wie betaalt, heeft invloed. Het publiek moet ervan op de hoogte zijn als bijvoorbeeld een longarts gesponsord wordt door een sigarettenfabrikant. Het helpt om de informatie te wegen. Als onderzoekers verzuimen om hun bijbanen of financiers te melden, mag er wat hem betreft ook een sanctie volgen. Maar daar moeten de universiteiten zelf voor zorgen.

Rommeltje

Het is de vraag of het gaat lukken, want de kwestie speelt al sinds 2008 en eerdere pogingen zijn op niets uitgelopen. Afgelopen voorjaar meldde Nieuwsuur, na twee jaar vragen en procederen, dat de registratie van bijbanen en financiering van hoogleraren nog altijd een rommeltje is. Ongeveer een jaar geleden schreven de Volkskrant en Folia artikelen over de dubbele petten van hoogleraren belastingrecht en fiscale economie.

In het voorjaar reageerde voorzitter Pieter Duisenberg (Universiteiten van Nederland) ondubbelzinnig: “Dit kan niet. Hier moeten we wat aan doen. Transparantie is de hoeksteen. Dus als je je expertise inzet, moet iedereen af kunnen wegen of je afhankelijk bent.”

Daar staan de universiteiten nog steeds achter, maar er spelen juridische en technische vragen, zegt woordvoerder Ruben Puylaert van de universiteitenvereniging. De universiteiten moeten bijvoorbeeld rekening houden met vraagstukken rond de privacy. De registratie van nevenwerkzaamheden moet wel verbeteren, maar een landelijk register “is niet direct ons eigen eerste idee geweest”, zegt Puylaert. De universiteiten zijn onder meer bezig met bewustwording onder hun medewerkers dat het van belang is bijbanen en financiering te melden.

De universiteiten zeggen het niet hardop, maar ze willen hun medewerkers graag beschermen tegen het grasduinen in nevenfuncties en de verdachtmakingen die eruit voortvloeien. Ze maken het liever niet te makkelijk om op nevenfuncties te zoeken. Je moet momenteel naar de webpagina van specifieke onderzoekers gaan om hun bijbanen te vinden – als die al goed zijn bijgehouden, want ook daar lijkt momenteel weinig controle op te zijn.

Waarborgen

"Er zijn allerlei registers voor nevenfuncties voor bijvoorbeeld rechters en politici in de Eerste en Tweede Kamer, topambtenaren voor politie of de Rijksdienst. Wil je alle schijn van belangenverstrengeling voorkomen, dan helpt een openbaar register de wetenschappelijke integriteit te waarborgen", reageert Donald Pechler, AOb-sectorbestuurder wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. "Je kunt je afvragen waarom de sector niet een vergelijkbaar register zoals dat al bestaat voor rechters, politici of topambtenaren kan instellen. Waarom zou zo’n register bij voorbaat in strijd zijn met de privacyregels van de AVG? Dat kun je laten toetsen door de Autoriteit Persoonsgegevens. De Minister kan zo’n register alsnog verplicht stellen."

De inventarisatie moet bij de universiteiten feitelijk al zijn gedaan. Nu de invoering van het register nog.

Sinds augustus dit jaar is de sectorale regeling nevenwerkzaamheden voor universiteiten aangepast aan de Wet transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden. Het vooraf melden van nevenwerkzaamheden is in principe verplicht, uitzonderingen daargelaten. "Het lijkt mij dat, wanneer bij specifieke nevenfuncties de wetenschappelijke integriteit in het geding is, daarmee ook de integriteit van de universiteit wordt geschaad", vervolgt Pechler. "Als het goed is, moeten alle werknemers inclusief hoogleraren al hun nevenwerkzaamheden hebben gemeld. De inventarisatie moet bij de universiteiten dus feitelijk al zijn gedaan. Nu de invoering van het register nog."