Ik moet helemaal niks. Het was mijn eerste instinctieve reactie, maar ik besloot het opiniestuk ‘Docent moet met AI aan de slag’ van Martin Bakker (november-nummer) toch een kans te geven. Als principieel weigeraar van AI was ik benieuwd welke nieuwe argumenten of inzichten naar voren zouden komen. De boodschap was dat wij docenten aan de slag met AI moeten om de regie te houden. En om de verbinding met de leerling niet te verliezen. Ik heb grote bezwaren tegen zijn aanmoediging.
Natuurlijk komen de plichtmatige kritiekpuntjes op AI in het artikel terug. Er is iets met het energieverbruik, de arbeidsomstandigheden en de macht van Big Tech. Geen kleinigheden, maar dat wil niet zeggen dat we AI niet moeten gebruiken. Juist door het gebruiken van AI kunnen we de technologie en het systeem kritisch bevragen. Lijkt me niet handig. Je stapt ook niet midden in een brand om deze met een wollen deken en een kritische houding te blussen. Een gepaste afstand lijkt mij veiliger.
Door het actief stimuleren van AI-gebruik werken we mee aan het toenemende energiegebruik. Je kunt hier niet lichtvaardig over doen. In de podcast Zo simpel is het niet werd het volgende voorbeeld gegeven. Je geeft AI de opdracht om wat vragen te bedenken met daarbij een afbeelding en een kort filmpje. Het energieverbruik van dit staat gelijk aan 2.9kwh. Dat zijn drie wassen op 40 graden. Wat als we massaal gaan prompten?
Kunnen we nog terug?
Onze afhankelijkheid van Big Tech is beangstigend aan het worden. Er is een groeiende lijst met bezwaren tegen hun machtspositie. Verontrustend vond ik dan ook dat de strategie van Big Tech - move fast and break things - in bijna vergelijkbare woorden in Bakkers artikel terugkwam: ‘Laten we beginnen met doen: uitproberen, fouten maken en leren.’ AI is een ingrijpende systeemverandering. Kunnen we terug als het achteraf te veel kapot heeft gemaakt?
Het tweede plichtmatige kritiekpuntje was dat er problemen bijkomen bij gebruik: desinformatie of het overnemen van teksten. Maar dat negeren geen optie is. Hoogleraar Felienne Hermans heeft overtuigend betoogd dat leren rommelig, traag en vervelend hoort te zijn. Het stimuleren van AI gaat in tegen wat we als school willen. Dat er echt wordt geleerd. Het niet inzetten van AI wil ook helemaal niet zeggen dat je het als docent moet negeren. Juist vanuit je regierol moet je op de hoogte zijn. Wat doet AI met het leren en hoe leert een mens eigenlijk? Hoe leert en denkt AI?
Het stimuleren van AI gaat in tegen wat we als school willen
Het zijn algoritmen, bits en bytes die op basis van statistische gegevens output genereren. Een systeem dat getraind wordt door mensen en gevuld wordt met de creatieve producten van schrijvers, kunstenaars en musici. Het zijn systemen die geen moreel oordeel kunnen vellen, laat staan een praktische handeling kunnen verrichten. We laten ons verblinden door de snelheid van de chips. De beelden die het kan genereren. De teksten die het in een oogwenk op het scherm weet te toveren. Bakker schrijft dat het volkomen ongeloofwaardig zou zijn als we doen alsof AI niet bestaat. Voor mij is het volkomen ongeloofwaardig om onze menselijke capaciteiten aan de kant te schuiven. Wij hebben het systeem bedacht, gemaakt en gevuld.
AI verhult problemen
Voor welk schoolprobleem is AI de oplossing? Behalve onze eigen onmacht en dat leerlingen nog minder tijd aan schoolwerk kwijt zijn, lost het niets wezenlijks op. Niet het leren samenvatten, niet het worstelen met bronnen en niet het zelfstandig kunnen nadenken.
Waarom zouden we de verbinding met leerlingen verliezen als we AI niet gebruiken?
Natuurlijk ben ik niet naïef. Ik weet dat leerlingen AI gebruiken. Ik weet ook dat leerlingen heel veel boeken bij Nederlands niet lezen en toch is dat geen argument om niet meer te lezen. Waarom zouden we de verbinding met leerlingen verliezen als we AI niet gebruiken? Ik kreeg van mijn docent Nederlands te horen dat ik geen samenvattingen mocht gebruiken voor mijn boekverslagen. Ik moest de boeken lezen. Ik had verder een prima band met hem. Zou ik een betere band met mijn leerlingen krijgen als ik me elk weekend lam zou zuipen? Zou beginnen met Tiktok of woorden als 6-7 en cringe in mijn uitleg stop?
Wij moeten niets en het zou fijn zijn als we de juiste kritische vragen gaan stellen. Wat gaat AI doen met onze menselijke waardigheid? Ons plezier in het werk? Worden we er betere mensen van en wordt de wereld een beetje beter? Hoogleraar Felienne Hermans gaf het volgende voorbeeld: Iemand heeft het heel druk en wil nakijken met AI. Ik vind dat dus een slecht idee om allerlei redenen (klimaat, macht van Big Tech, etc), maar in plaats van dat ik dat dan ga uitleggen zeg ik: ‘Waarom moet je eigenlijk zoveel nakijken? Zijn al die toetsen nodig? Helpt AI hier nu een probleem oplossen, of helpt AI een probleem verhullen?’
Tim Demedts is docent geschiedenis en maatschappijleer