Hoogste salarisschaal is voor leraar fata morgana
Het is de allerhoogste salarisschaal die er is voor docenten: de LE-schaal. Hij is omgeven door mysterie, want zit er wel onderwijspersoneel in deze salarisschaal? Het Onderwijsblad ging op zoek.
Tekst Karen Hagen - Redactie Onderwijsblad - - 10 Minuten om te lezen

Beeld: Typetank
Sinds jaar en dag staat de LE-salarisschaal in de cao-boekjes van het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs. De bijlages in de cao’s po en vo laten zien dat de salarisbreedte voor een docent LE ligt tussen 4.489 en 7.710 euro bruto per maand. In het mbo geeft de financiële bijlage aan dat het gaat om maandelijkse bedragen tussen 5.492 en 7.600 euro bruto voor ‘carrièrepatroon LE’.
Maar zijn ze er? En wáár zijn ze dan, de collega’s die lesgeven en in salarisschaal LE zitten? “We hadden het er weleens over in de lerarenkamer”, zegt AOb-bestuurder Kim van Strien die tot vorig schooljaar als docent Frans op een middelbare school werkte. “Komen deze mensen voor? Wat zeker is: besturen kennen deze schaal niet vaak toe. Het is een zeldzaamheid.” Basisschooldocente Anne Steenhoff schrijft in haar boek ‘Een lui letterland’ zijdelings over de ‘mysterieuze LE-salarisschaal’. ‘De schaal voor de excellente leerkracht- waar je in theorie naartoe zou kunnen werken maar nog nooit iemand in terecht is gekomen.’
Snippertje
Bij de juridische afdeling van de AOb beginnen ze te speuren. Juridisch medewerker Rianne Leijnse, gespecialiseerd in functiebeschrijvingen, doet navraag. “Niemand heeft ooit een LE-verzoek binnengekregen”, laat ze per mail weten. Ook een blik in functiewaarderingssysteem Fuwasys levert weinig op. “Ik zie geen voorbeeldfunctie van de LE-schaal. Scholen kunnen uiteraard in hun functiehandboek een beschrijving van de LE-salarisschaal opnemen, maar dit komt naar mijn smaak nauwelijks voor. Misschien weet AOb-advocaat Joost Aarts meer?’ Aarts, die al dertig jaar bij de bond werkt, kan er kort over zijn: “Het is een zeer hypothetische schaal en ik ben deze in de jaren dat ik hier werk nooit tegengekomen bij leden”, zegt hij.
Onlangs nam het Arbeidsmarktplatform Voion de ontwikkelingen tussen 2018-2023 van de functiemix, de verdeling van leraren over de salarisschalen, op middelbare scholen onder de loep. Er zit personeel uit het vo in de LE-schaal, zo laat de taartdiagram in het rapport zien, al is het een snippertje omdat het gaat om 0,1 procent. In 2023 werkten er 77 duizend docenten in het voortgezet onderwijs volgens de site Onderwijs in Cijfers van het ministerie. Er moeten dus zo’n 77 collega’s uit deze onderwijssector in de LE-salarisschaal zitten.
Voor het primair onderwijs kan oud-voorzitter van de bond Thijs Roovers zich nog een cao-ronde herinneren waar het ging over leerkrachten in LE. “We waren bezig met de omwisseling van salarisschalen van L10, L11 en L12 weer terug naar LB, LC en LD. Ik had een overzicht voor me en weet dat het ging om een handjevol mensen in LE. Ze waren echt op één hand te tellen.”
Er moeten collega’s met een LE-schaal zijn. Alleen wie zijn het en hoe zijn ze in die schaal terechtgekomen? AOb-bestuurder Van Strien komt op de lijn na hier en daar wat rondvragen. Ze kent iemand in een LE-schaal, een eerstegraads docent Nederlands. “Deze docenten zijn moeilijk te krijgen en ik weet dat zijn klassen hoge examenresultaten halen. Ik zal vragen of hij erover wil vertellen.” Een week later meldt ze dat de docent geen interesse heeft in een interview hierover. We zoeken door.
Competenties LE
Het functiehandboek van de grote Brabantse scholenstichting Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) geeft een inkijkje in wat je als docent moet kunnen om in LE terecht te komen. Volgens dat document is het mogelijk om te promoveren naar schaal LE binnen de scholengroep als je voldoet aan een reeks competenties op bijvoorbeeld ‘pedagogisch, vakinhoudelijk, organisatorisch gebied en samenwerken met collega’s’.
Een greep uit de competenties: een LE-docent moet nieuwe programma’s ontwikkelen en nieuwe leercycli maken op basis van onderwijsvragen. Onderwijsprogramma’s samenstellen, stelselmatig publiceren in vaktijdschriften, onderwijsvernieuwingen doorvoeren op basis van wetenschappelijke inzichten, vernieuwingsactiviteiten leiden, het voorbereiden en verzorgen van het onderwijs aan leerlingen en onderwijsvernieuwing naar aanleiding van wetenschappelijk onderzoek, op inhoud leidinggeven aan collega’s, zoals het coachen van docenten op alle functieniveaus.
Is er een docent binnen OMO die aan deze ‘eisen’ voldoet? De woordvoerder reageert ontwijkend per mail en verwijst naar de drukte bij de afronding van het schooljaar. “Het is helaas niet gelukt de vragen voor de deadline te beantwoorden.” Ondanks een paar weken uitstel komt er geen antwoord. “Alle inspanning ten spijt is het niet gelukt om de antwoorden te geven op jouw vragen. Als werkzaamheden zich opstapelen moeten we keuzes maken. Ik hoop op jouw begrip en wens je een fijne middag toe”, aldus de OMO-woordvoerder.
Alle inspanning ten spijt is het niet gelukt de antwoorden te geven op jouw vragen
Geen behoefte aan gesprek
Misschien biedt de overheidswebsite Functiemix meer inzicht. De site is een database met cijfers over de inschaling van docenten en heeft filters om te zoeken op bestuur, regio en school. Over de hele sector voortgezet onderwijs gaat het om een aandeel van 0,1 procent in LE. In het oog springt het percentage van Gymnasium Novum waarbij de tabel in 2023 een percentage van 5,5 procent noteert achter LE. De school reageert snel op de vragen en laat weten dat ze geen LE-salarisschaal hebben op hun school. “We kunnen daar dan ook geen vragen over beantwoorden.” Waarom de database dit wel aangeeft, is onduidelijk.
Ook Gymnasium Haganum springt in het oog met een percentage van 2,1 van 2020 tot 2023. Rector Jan Willem van Poortvliet kan dat verklaren. Er is één medewerker -die lid is van de schoolleiding- die ooit in een LE-schaal is geplaatst, in plaats van schaal 13. “Deze medewerker is voltijd in dienst en stond eerst voor de klas, maar nu niet meer. Geen enkele reguliere docent heeft een LE-schaal.” De rector laat later weten dat zijn collega geen behoefte heeft aan een gesprek hierover.
Via een AOb-contactpersoon komt het Rijswijks Lyceum naar boven. “Daar zitten wel drie LE’ers op school.” Ludo Dieren, docent geschiedenis op deze school en lid van de mr weet er meer van. “Er is hier inderdaad een arbeidsrechtelijke historie”, zegt Dieren. “Het gaat om teamleiders met een kleine lesgevende taak die leidinggeven aan een bouw. Toevallig hebben we met de mr besloten in schooljaar 2025-2026 deze salarisschalen te vervangen voor oop-schaal 13. Ik zal navraag doen bij mijn rector om wat meer toelichting te geven. LE is in ieder geval geen mythische plek voor superdocenten.”
Een wortel voorhouden
“Enerzijds denk ik: schrap die LE-schaal uit de cao”, zegt organisatiepsycholoog Aukje Nauta die verbonden is aan de Universiteit Leiden. “Als het niemand lukt om erin te komen, zeg je als werkgever eigenlijk: jullie zijn allemaal niet goed genoeg. Het is onmogelijk om als docent de Messi te zijn.”
Als werkgever zeg je eigenlijk: jullie zijn allemaal niet goed genoeg
Aan de andere kant ziet Nauta het als een ‘best denkbaar compromis’, want in Nederland hechten we aan gelijkwaardigheid. “Beloning is nooit helemaal rechtvaardig. Die LE-schaal valt daarom te beschouwen als een compromis dat laat zien dat er heus een optie is om door te groeien, gegeven het belang om docenten gelijk te behandelen. Bovendien geef je docenten daarmee iets waarover ze met z’n allen lekker kunnen klagen. Maar toch: wat je wil is mensen bewegen op intrinsieke motivatie.”
Je geeft docenten iets waarover ze met z’n allen lekker kunnen klagen
Nauta vindt dat je docenten vooraf een wortel voorhoudt. “Beter zou zijn om werknemers eens een cadeau te geven. Stel je hebt een docent die innoveert en een goede lesmethode heeft bedacht. Beloon diegene dan met meer tijd, ruimte of een opleiding om dit te doen. Salarisverhogingen zijn mensen vaak snel vergeten. Of vraag ze: wat wil je qua werkinhoud of ontwikkeling?”
Verder moeten scholen transparant zijn over de LE-schaal. Nauta: “Stel iemand krijgt deze schaal, dan moet je dat met alle medewerkers communiceren, want het komt zo weinig voor. Als je dit niet doet en er komen collega’s achter, dan heb je al snel scheve ogen. Dan heb je misschien één docent gemotiveerd, maar de rest gedemotiveerd.”
Stel, iemand krijgt deze schaal, dan moet je dat met alle medewerkers communiceren
Gele katernen
AOb-sectorbestuurder Hélène Jansen graaft in haar herinnering. Ze zat aan talloze cao-onderhandelingstafels en kan zich uit haar begintijd nog de numerieke salarisschalen herinneren uit het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel (RPBO). “Er waren geen onderwijscao’s, maar wel grote boeken met gele katernen waar alle lonen van ambtenaren, waaronder docenten, in stonden. Deze RPBO-schalen zijn later overgenomen in de onderwijscao’s tijdens de volledige decentralisatie in 2014 toen de bonden ook voor de primaire arbeidsvoorwaarden niet meer direct met het ministerie onderhandelden, maar met de werkgeverskoepels.”
Jansen verwijst naar het Convenant Leerkracht uit 2008 waar afspraken instaan over de functiemix. “Bij mijn weten is toen besloten om van schaal 13 een LE-schaal te maken. Vooral omdat er directeuren van scholen waren die nog veel lesgaven. Tegenwoordig is dat minder het geval, maar dit kwam destijds meer voor. Zij wilden hun lerarenschaal behouden en in een L-schaal komen, ook vanwege de voorwaarden die bij het onderwijspersoneel (op) horen ten opzichte van arbeidsvoorwaarden onderwijsondersteuners (oop).” En er was nog een argument herinnert Jansen zich. “In sommige sectoren kwamen sporadisch universitaire docenten voor. Die waren in dienst in combinatie met onderwijskundige werkzaamheden voor het schoolbestuur. Het leek iedereen verstandig om de LE-schaal op te nemen.”
De AOb vindt de LE-schaal een dure schaal. “Eigenlijk is alles gefocust op LC of LD en dat is goed, want voor één LE-functie kun je meerdere docenten uit LB hoger opschalen naar LC of LD. Dat is ook wat ik terug hoor uit medezeggenschapsraden en ondernemingsraden. Die kiezen liever voor meer functies in LC of LD”, zegt Jansen.
Ontmythologiseren
Pling. Op vrijdagavond komt een mail binnen van geschiedenisdocent Ludo Dieren: zijn rector wil erover vertellen. “Hopelijk helpt hij het te ontmythologiseren”, mailt hij.
Die rector is Maarten Passet van het Rijswijks Lyceum en Vredenburg College. “Toen ik van eerstegraads docent Engels teamleider werd, ben ik in een LE-schaal gekomen. Daar was niks geheimzinnigs aan. Het hing vast aan zware leidinggevende taken. Als teamleider ben je op onze school een docent met een ‘hele zware extra taak’. Teamleiders geven functioneel leiding aan gemiddeld 25 collega’s met alles erop en eraan. Ook moet je een forse procedure door om teamleider te worden. Wel was de eis dat je les bleef geven. Heel goed vind ik dat. Nu zit ik zelf niet meer in LE, omdat ik rector ben, maar ik geef nu ook nog steeds één klas 4 uur per week Engels.”
Een reden dat de school het al zeker zo’n twintig jaar zo heeft ingericht, is volgens Passet dat collega’s terug konden naar de klas als het teamleiderschap toch niet beviel. “Anders was je als school ook direct een docent kwijt.” Hij meldt dat er op dit moment twee docenten Nederlands en één docent wiskunde teamleider zijn met een LE-salarisschaal. Dit schooljaar past het bestuur het aan. “We hebben in overleg met de mr besloten dat we de teamleiders voortaan in de oop-schaal 13 zetten, ook omdat het beter is met de functiemix.”
Passet benadrukt wel dat iedere leidinggevende in het onderwijs naar zijn idee voor de klas zou moeten staan. “LE is geen legendarische docent. Je hebt alleen meer ‘aanstuur-taken’. Doordat je zelf nog steeds lesgeeft weet je waar collega’s tegenaan lopen. Je blijft feeling houden met waar docenten mee te maken hebben en kunt dat dan voor collega’s verbeteren. Echt, dat is een meerwaarde.