Algemeen

‘Weinig inspraak bij verdeling extra geld voortgezet onderwijs’

Leraren en ondersteuners zijn veel te weinig betrokken geweest bij de inzet van 150 miljoen euro in het jaar 2019. “Bij de inzet van de 8,5 miljard euro aan corona-achterstandsgeld moet dat echt veel beter geregeld worden”, zegt Tamar van Gelder, voorzitter van de AOb.

Tekst ALGEMENE ONDERWIJSBOND - - 3 Minuten om te lezen

geld-tellen

Beeld: Pixabay

‘We mochten onze mening geven over de besteding van het geld, maar daarmee is niets gedaan’. ‘Er zijn weer gênante hoeveelheden geld blijven hangen in de managementlagen’. ‘Dit geld is totaal zonder instemming en medeweten van het personeel besteed’. ‘Zoals gewoonlijk bepaalt het bestuur waar het geld aan besteed wordt, en niet het personeel zelf’.

Dat zijn vier reacties uit een enquête naar de manier waarop 150 miljoen euro in 2019 is terechtgekomen en besteed op de werkvloer. Of liever: níet terechtgekomen en níet is besteed op de werkvloer. Want slechts 40 procent van de invullers (voornamelijk leraren en ondersteuners in het voortgezet onderwijs) weet zeker dat het geld inderdaad is ingezet, 30 procent weet zeker van niet, en nog eens 30 procent heeft sowieso geen idee waar het geld is gebleven.

Juist de mensen in de praktijk weten waaraan hun leerlingen behoefte hebben. Betrek hen dan ook bij de inzet van het geld

De 150 miljoen euro maakte deel uit van een convenant uit eind 2019. Scholen zouden dit bedrag kunnen gebruiken om bijvoorbeeld de werkdruk te verlichten, zij-instromers te begeleiden of de lerarentekorten te bestrijden. Bij de besteding van het geld zouden leraren en ondersteuners nadrukkelijk worden betrokken.

Vertrouwen

In dat laatste had de AOb al een hard hoofd. “Ik ben bang dat het geld in een grote pot verdwijnt”, verklaarde AOb-bestuurder Henrik de Moel al eind 2019. “Onze leden geven aan dat ze er weinig vertrouwen in hebben dat het geld goed terechtkomt.”

Soepel

Dat gevoel is terecht, zo blijkt uit de enquête Convenantsgelden VO van de AOb die door zo’n vierhonderd respondenten werd ingevuld.

Het geld blijkt in eerste instantie te zijn verdeeld door de schoolleiding, zo zeggen leraren en ondersteuners. In ruim 40 procent van de gevallen kwam de medezeggenschapsraad er niet eens aan te pas. En als dat wel zo was, liep dat zeker niet altijd soepel. ‘De schoolleiding heeft het voor andere zaken gebruikt, waardoor wij als gmr nu een conflict hebben met de schoolleiding’, luidt één van de antwoorden. ‘De schoolleiding kwam met een vaag verhaal waar wij als gmr niet erg blij mee waren', zegt een ander.

Verbetering

De inspraak over de besteding van het geld heeft volgens nog geen 25 procent van de ondervraagden het hele personeel bereikt. Op de vraag ‘Ben je tevreden over op hoe op jouw school de inspraak is verlopen’ antwoordt 56 procent van de invullers dan ook ronduit ‘nee’. En iets meer dan de helft van de ondervraagden ziet van dat extra geld geen enkele verbetering terug op de werkvloer.

Er moet een verplichting komen om docenten mee te laten denken, anders gaat de schoolleiding er mee aan de haal

Deze uitkomst belooft niet veel goeds voor de verdeling van de 8,5 miljard euro die de komende jaren wordt ingezet ter bestrijding van de corona-achterstanden. “Bij de inzet van dat geld zou het personeel nadrukkelijk een grote stem moeten hebben”, zegt voorzitter Tamar van Gelder van de AOb.

Dat vinden invullers van de enquête ook. ‘Ik hoop dat wij als docenten daar inspraak in krijgen’, zegt ook een respondent. ‘Ik maak mij daar wel zorgen over’. ‘Er moet een verplichting komen om docenten mee te laten denken’, zegt een ander. ‘Nu gaat de schoolleiding er mee aan de haal’. ‘De docenten hebben niks van die 150 miljoen gemerkt’, zegt een derde. ‘Hetzelfde lot is die 8,5 miljard beschoren.’

Rekenkamer

AOb-voorzitter Van Gelder wijst ook op de passages uit een Kamerbrief van de Algemene Rekenkamer van twee weken geleden, waarin werd gepleit voor heldere doelen en criteria bij de inzet van de 8,5 miljard euro in het onderwijs. Die doelen zouden in nauwe samenspraak met de scholen moeten worden opgesteld. “En dus met het personeel”, vindt Van Gelder. “Iedere situatie is immers anders: wat de leerlingen nodig hebben kan per school, per deel van het land, per vak en per klas verschillen. En juist de mensen in de praktijk, met de voeten in de klas en in de aula, weten waaraan hun leerlingen in die situatie behoefte hebben. Betrek hen dan ook bij de inzet van het geld.”

Lees ook: 'AOb bekritiseert plan Slob voor wegwerken corona-achterstand'