Algemeen

Pabo’s zien ‘opsplitsing’ niet zitten

Bij zeven pabo’s kunnen studenten zich specialiseren in het jonge of oudere kind. Maar een echte opsplitsing zien de opleidingen én de studenten niet zitten, blijkt uit een tussenevaluatie van dit experiment.

Tekst Hoger onderwijs persbureau (HOP) en webredactie AOb - - 3 Minuten om te lezen

opsplitsing-pabo

Beeld: Typetank

Zeven pabo’s experimenteren sinds september 2020 met specialisaties in het jonge en oudere kind. Deze pilots komen voort uit een politieke wens van met name CDA en VVD.

Met de specialisaties hoopt de politiek het lerarentekort te verminderen. Door het vak aantrekkelijker te maken zouden meer jongeren voor de lerarenopleidingen kiezen. Een meerderheid van de Tweede Kamer is voorstander van een opleiding die zich helemaal op het jonge of het oudere kind richt.

Beperkte bevoegdheid

Afgestudeerden krijgen dan echter een beperkte bevoegdheid. Ze zijn minder breed inzetbaar dan hun collega’s van een gewone pabo die aan groep 1 tot en met 8 kunnen lesgeven. Die beperkte bevoegdheid zien de pabo’s én de studenten niet zitten.

Zeer weinig betrokkenen bij de pilots zien heil in een splitsing

'Zeer weinig betrokkenen bij de pilots zien heil in een splitsing van de pabo-opleiding of een gesplitste bevoegdheid', staat in de evaluatie. 'Bijna iedere pabo zit op de lijn om de specialisaties aan te bieden naast het reguliere curriculum.'

De vorige minister, Ingrid van Engelshoven, had al een wetsvoorstel in de steigers staan om de splitsing van bevoegdheden mogelijk te maken – het stond zelfs al online voor commentaar van geïnteresseerden – maar na de val van het kabinet is het wetsvoorstel op de plank beland. In een brief over de ‘lerarenstrategie’ van ministers Wiersma en Dijkgraaf staat ook niets over een mogelijke wetswijziging.

Meer specialisten

Naar aanleiding van de pilots gaan de Vereniging Hogescholen en de pabo’s de specialisaties nader uitwerken. Het kabinet verwacht dat hierdoor meer specialisten in het jonge en oudere kind worden opgeleid. 'Het onderwijs aan leerlingen wordt hier beter van.' Andere voordelen zouden zijn dat meer mensen zich tot de opleidingen voelen aangetrokken en dat leraren minder snel het onderwijs verlaten dankzij 'duidelijkere carrièreperspectieven'.

Het gevaar dreigt dat de specialisatie voor het jonge kind als de makkelijke route wordt gezien

Nadelen zijn er ook, staat in de evaluatie. Zo dreigt het gevaar dat de specialisatie voor het jonge kind als de makkelijke route wordt gezien. Studenten zouden kunnen denken dat ze minder van rekenen en taal hoeven te weten. Verder blijken studenten die zich specialiseren minder gemotiveerd om iets te leren over de andere leeftijdscategorie, waar ze toch ook iets van moeten weten. Of het omgekeerde: soms komen ze tot de ontdekking dat ze zich liever in die andere leeftijd zouden specialiseren en dan dreigt uitval.

Niet nodig

De commissie Onderwijsbevoegdheden, die vorig jaar op de stelselvernieuwing vastliep, oordeelde dat het splitsen van de pabo in een variant voor het jonge en het oudere kind niet nodig is. Het is immers al goed mogelijk om te specialiseren, schrijft ze. De reacties van AOb-leden op dit voorstel waren ook zeer wisselend.

Kwaliteit van onderwijs zou hét uitgangspunt moeten zijn in een discussie over het bevoegdhedenstelsel en niet het lerarentekort

"Dit voorstel zou op de eerste plaats het lerarentekort moeten verminderen. Wij vinden dat kwaliteit van onderwijs hét uitgangspunt moet zijn in een discussie over het bevoegdhedenstelsel”, reageert AOb-bestuurder Thijs Roovers. "Het is bovendien onduidelijk of deze verandering het beroep aantrekkelijker maakt. Leraren geven aan dat het beroep vooral aantrekkelijker wordt door minder lesuren, meer salaris en een lagere werkdruk.”

Draagvlak

De commissie Onderwijsbevoegdheden borduurde in opdracht van het ministerie voort op een advies van de Onderwijsraad, waarin werd voorgesteld om één brede basisbevoegdheid voor alle leraren in te stellen. Daarbovenop zou dan een stelsel van specialisaties komen. De commissie heeft haar werk neergelegd nadat de helft van de leden grote bezwaren zag, zoals het ontbreken van draagvlak bij de beroepsgroep.

Dat nu de Vereniging Hogescholen de gelegenheid krijgt zich over de splitsing uit te spreken, klopt niet, aldus Roovers. “Wettelijk gezien gaat de beroepsgroep van leraren hierover omdat het over de kern van ons vak gaat. Hier wordt opnieuw de beroepsgroep gepasseerd."

Lees ook: De 386 wegen naar het leraarschap uit het Onderwijsblad van maart.