Algemeen

Leraar moet kindermishandeling vaker melden

De meldcode Kindermishandeling en Huiselijk geweld is aangepast. Per 1 januari 2019 is er een meldplicht voor professionals bij het advies- en meldpunt Veilig Thuis als er sprake is van ernstige mishandeling of in een andere situatie van structurele en acute onveiligheid. Medewerkers uit alle onderwijssectoren krijgen met deze aanpassing te maken.

Tekst Karen Hagen - Redactie Onderwijsblad - - 3 Minuten om te lezen

meldcode-kindermishandeling

Beeld: Voorkant afwegingskader Onderwijs en leerplicht.

De vernieuwde meldcode en de aanpassing in de wet zijn begin juli doorgevoerd. Verschillende beroepsgroepen, zoals de gezondheidszorg, jeugdzorg, kinderopvang en het onderwijs, krijgen nu de tijd om aan de uitgebreidere code te wennen.

Sinds 2013 is er een meldcode ingesteld. Deze code helpt leerkrachten, zorgcoördinatoren, intern begeleiders, decanen en andere beroepsprofessionals zorgvuldig te handelen als zij vermoeden dat een leerling te maken heeft met huiselijk geweld, een verslaafde ouder, verwaarlozing of mishandeling.

Minder vrijblijvend

De meldcode bestaat uit vijf stappen. De eerste drie stappen gaan over signalering. Stap 4 en 5 betreffen de afweging en het besluit over de melding van het geval. Met de verandering in de meldcode komt er een aanpassing in de laatste twee stappen. Het maken van een melding bij Veilig Thuis wordt minder vrijblijvend.

De vijfde stap bestond voorheen uit twee keuzes: een melding maken bij Veilig Thuis over de situatie of zelf hulp organiseren om het slachtoffer te helpen. Per 1 januari 2019 vervalt deze keuze als het gaat om ernstige gevallen, omdat Veilig Thuis nu geen melding krijgt als professionals zelf hulp organiseren. Nu is een melding vaak de allerlaatste optie. Bekijk ook het filmpje van de Augeo Foundation over de aanpassing.

Afwegen

Dat verandert als het gaat om ernstige gevallen, er is geen keuze meer tussen een melding doen of zelf hulp organiseren. Er geldt een meldplicht bij Veilig Thuis. Om onderwijsmedewerkers te helpen bepalen wanneer ze te maken hebben met een ernstig geval is er een speciaal afwegingskader gemaakt voor het onderwijs. Ook de AOb was hierbij betrokken. In het afwegingskader, dit is stap 4 van de meldcode, staan vijf vragen die onderwijsmedewerkers moeten stellen om te kijken of een melding noodzakelijk is omdat er sprake is van acute of structurele onveiligheid.

Dat is bijvoorbeeld het geval als ouders verslaafd zijn, psychische problemen hebben, ze wapens bezitten of geweld gebruiken waarbij kinderen verwondingen oplopen. Alle vragen en voorbeelden staan in het afwegingskader dat je via deze link kunt downloaden. Dit afwegingskader is een uitbreiding van de meldcode en is verplicht om te gebruiken vanaf 1 januari 2019.

Naast de vraag of professionals een melding moeten doen kunnen ze in de laatste stap nog steeds bekijken of ze zelf hulp moeten bieden of kunnen organiseren.

De nieuwe meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld. In het oranje blok staan de wijzigingen. Dit schema is te vinden in het afwegingskader voor onderwijs en leerplicht.

Effectiever

De aanpassing moet zorgen dat de meldcode effectiever wordt en dat de situatie beter en eerder in beeld is bij Veilig Thuis. Het afwegingskader voor het onderwijs is begin juli overhandigd aan minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid. Hij heeft vertrouwen in de verbeterde code, zo liet hij in een persbericht weten: ‘We moeten alles uit de kast halen om signalen van geweld en verwaarlozing eerder en beter in beeld te krijgen. Professionals hebben daar een cruciale rol in. De verbeterde meldcode gaat hen helpen om op tijd in actie te komen.’

Download het afwegingskader en de details van de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld voor de onderwijssector. Een handig filmpje van Augeo Foundation geeft ook meer uitleg over de aanpassing net zoals de opfrismodule waarbij je in 20 minuten bijgepraat bent. Op de website van de Rijksoverheid staat een overzicht met de veranderingen.