Algemeen

Idee: Verkeersborden die je kunt dromen

Het inprenten van ruim dertig verkeersborden blijkt nogal een opgave. De Bokabox van leerkracht Annet Kooijman biedt structuur en mooie materialen, waarmee leerlingen zelf aan de slag willen.

Tekst Daniëlla van ’t Erve - - 4 Minuten om te lezen

utrecht-dutch-agri-food-weekdafwde-grootste-groentekraam-van-nederland-vredenburg

Beeld: Angeliek de Jonge

Het leren van de verkeersborden is saai en lastig, merkte Annet Kooijman toen ze een aantal jaar geleden op Montessorischool Pallas Athene in Amersfoort begon. “Ik probeerde er nog wat leuks van te maken met plaatjes van internet, maar het blijft gewoon stom stampwerk. Dat lijkt eenvoudig, maar in de praktijk blijven kinderen de betekenis van de borden steeds door elkaar halen.”

Dat moest toch anders kunnen, vond ze. Van huis uit is ze architect, maar als hulpouder op de school van haar kinderen merkte ze hoe leuk het onderwijs is. Ze volgde de pabo en de montessori-opleiding. “Al tijdens de opleiding had ik de grootste lol in het ontwikkelen van lessen en materialen. Als architect ben ik gevoelig voor wat mooi is en het materiaal van Maria Montessori sprak me meteen aan: het is allemaal zo eenvoudig, logisch en voelt goed aan.”

Vrije hand

Van school kreeg ze de vrije hand om materiaal te ontwikkelen voor het leren van verkeersborden in groep 3, 4 en 5. Voor zoveel klassen meer dan dertig verkeersborden maken, is geen optie, dus ze verzon een list. Ze kwam erachter dat kinderen vooral naar het plaatje kijken en de achtergrond niet eens waarnemen, dus besloot ze die twee onderdelen te scheiden. Zo zijn er maar vier kale verkeersborden nodig: een witte cirkel en driehoek met rode rand, een blauwe cirkel en vierkant met een wit randje. “De betekenis van deze basisborden oefen je met de kinderen totdat ze die kunnen dromen”, legt Kooijman uit. Door vervolgens een pictogram toe te voegen, ontstaat de echte betekenis van het verkeersbord. Een pictogram van een fiets op het driehoekige basisbord wordt dan: ‘Pas op! Fietsers’. De kaartjes met de teksten kunnen kinderen erbij plaatsen. De vier voorrangsborden vormen een aparte categorie, met tekstkaartjes en afbeeldingen van de symbolen op de weg. “De kinderen snappen direct wat de bedoeling is”, vertelt ze. “Ik heb nauwelijks woorden nodig om het systeem uit te leggen. In plaats van een berg borden uit je hoofd te leren, hoeven ze er eigenlijk maar een paar te kennen. ‘Oh is dat alles’, zeggen ze.”

Leerkracht Annet Kooijman: “Ik probeerde er nog wat leuks van te maken met plaatjes van internet, maar het blijft gewoon stom stampwerk.”

Ze bedacht vervolgens zelf het ontwerp. “Losse onderdelen raken kwijt, dus alles moest in een kist passen. En die moet ook niet te groot zijn, want anders verdwijnt die in het magazijn. Ik heb net zo lang gepuzzeld totdat ik het had.” Het resultaat mag er zijn: een handzaam houten kistje vol duidelijke materialen, waarvan de deksels de standaards vormen.

Oefenen

Niet alleen de leerlingen en collega’s waren enthousiast, ook andere scholen wilden al snel haar Bokabox: een afkorting van ‘bordenkaartenbox’. Via via kwam ze in contact met een fabriekje in China en ze waagde de sprong. De eerste vijfhonderd stuks heeft ze daar laten maken. “Dat was een beetje overmoedig”, bekent Kooijman. “De taal was alleen al een groot probleem. Uiteindelijk ben ik er met een draaiboek vol plaatjes naar toe gegaan om het productieproces uit te leggen. Het heeft me wel wat gekost, maar het was een mooie ervaring en ik heb er veel van geleerd.”

Inmiddels zijn er zo’n zevenhonderd leskisten afgenomen, die ze in vervolg in Nederland laat maken. Leerkrachten kunnen er klassikaal mee lesgeven, maar kinderen kunnen ook zelfstandig aan de slag. Ze kunnen bijvoorbeeld samen de borden oefenen, elkaar opdrachten geven, eigen borden verzinnen of een boekje maken van de borden die ze al kennen.

Onderzoek van de Universiteit van Utrecht uit 2013 bevestigt dat de Bokabox werkt, en zelfs effectiever is dan andere methodes. “In veel methodes leren kinderen de borden via foto’s van verkeerssituaties, maar dat werkt afleidend”, vertelt Kooijman. “Verkeersborden leer je door ze te automatiseren, net zoals bij de tafels.”

Hart

De Bokabox is opgenomen in de toolkit van Kennisplatform Verkeer en Vervoer en veel provincies geven subsidie. Kooijman staat nog af en toe voor de klas en houdt zich verder vooral bezig met het ontwikkelen van onderwijsmaterialen. Zo heeft ze ook een kwartet ontwikkeld, die ter aanvulling op de Bokabox kan worden ingezet. “Lesgeven vind ik leuk, maar in het bedenken van hoe je de kern van de lesstof beter kunt overbrengen, ligt echt mijn hart.”

Meer informatie? www.bokabox.nl