Algemeen

De leraar die lerares werd

Voor de zomervakantie was ze op school nog meneer Lanser, nu is ze mevrouw Lanser. Vmbo-docent Milly vertelt hoe ze dat heeft aangepakt. “Het is even wennen.”

Tekst Lisette Douma - Redactie Onderwijsblad - - 7 Minuten om te lezen

milly-lanser

Beeld: Fred van Diem

“Meneer -ik bedoel: mevrouw- wat heeft u mooie nagels!” Het is even wennen als de docent die je vorige week nog als man kende, ineens een vrouw is. Maar veel langer dan ‘even’ wennen is het ook weer niet, voor de vmbo-leerlingen basis- en kaderberoepsgericht van het Huygens College in Heerhugowaard. Hun docent Milko Lanser vertelde afgelopen voorjaar dat hij vanaf de zomer door het leven zal gaan als Milly Lanser, als vrouw.

“Ik weet al sinds mijn twaalfde dat ik meisjesdingen net zo leuk vind als jongensdingen. Ik verkeerde altijd graag in meisjesgroepen - en nu nog steeds. Vanaf mijn vijftiende experimenteerde ik met vrouwenkleding. Maar altijd in het stiekeme.”

Milly, nu 56 jaar, is jarenlang op zoek geweest naar wie ze is. “Wat het voor mij extra ingewikkeld maakte was dat ik wel verliefd werd op meisjes. Dan ben ik toch een jongen, dacht ik.” Na twee lange relaties met een vrouw wilde Milly -toen nog Milko- vier jaar geleden ontdekken hoe het is vrouw te zijn. “Ik ben altijd soort van jaloers geweest op vrouwen”, vertelt ze. “Na veertig jaar in het stiekeme wilde ik dat niet meer. Ik ging naar een speciale winkel voor transgenders, kocht een pruik en liet me opmaken. Vervolgens ging ik als vrouw over straat. Ik dacht dat mensen me zouden nawijzen, uitlachen, maar dat gebeurde niet. ‘Kan ik u helpen, mevrouw’, vroeg iemand in een winkel. Dat was voor mij zo’n mooi moment. Ik vertoonde me op steeds meer plekken als vrouw en bezocht avonden van een stichting voor transgenders. Dat droeg allemaal bij aan mijn zelfvertrouwen.

Na veertig jaar in het stiekeme wilde ik in de openheid ontdekken hoe het is vrouw te zijn

Praatjes

Langzaamaan bereikte Milko’s transitie zijn werkplek, het Noord-Hollandse Huygens College. Een jaar geleden schreef hij zich in bij het genderteam van het VU Medisch Centrum en vertelde hij zijn leidinggevende dat hij niet veel langer in staat was voor de klas te staan als man. En dan? Hoe pak je zo’n overgang aan op school?

“Ik heb tussen oktober 2018 en mei 2019 veel nagedacht en collega’s zoveel mogelijk individueel of in kleine groepjes ingelicht - bevriende collega’s wisten er al langer van”, vertelt Milly in juli. “Ik wilde open zijn en tegelijkertijd praatjes voorkomen. Het leek mij goed alle leerlingen van de school tegelijkertijd mijn verhaal te vertellen. Op verzoek van collega’s is mijn coming-out -of hoe je het maar wilt noemen- gekoppeld aan een project over respect en zijn wie je bent. Tijdens de projectmiddag heb ik aan mijn mentorklas een brief met mijn verhaal voorgelezen, die tegelijkertijd door collega’s in alle andere klassen werd voorgelezen.”

Nerveus

Milly was bloednerveus. “Het was een point of no return. Niet dat ik terug wilde. De klas viel stil, sommige leerlingen kwamen een knuffel geven. Eigenlijk was die reactie in alle klassen hetzelfde.”

“Ik vond het verhaal van meneer Lanser heel mooi”, blikt mentorleerling Floor terug. “Mijn moeder vond het ook heel goed. Ze heeft daar nog een mailtje over gestuurd.” Ouders kregen op hetzelfde moment dat hun kinderen geïnformeerd werden een mailtje waarin de school vertelde over de genderdysforie van meneer Lanser. “Al tijdens het project druppelden de eerste reacties van ouders binnen: allemaal positief”, vertelt Milly.

“‘Ik heb voor deze school gekozen om de open sfeer, juist omdat dit soort dingen hier kunnen’, was een reactie die ik kreeg van een ouder”, vertelt Michiel Koekkoek die tijdens het project afdelingsleider was.

“Ik kreeg natuurlijk wel vragen van leerlingen. Ik heb ze ook op het hart gedrukt alles te vragen wat ze wilden weten”, vertelt Milly. “De vragen waren allemaal respectvol.” Leerlingen wilden weten of meneer Lanser nu ook op mannen valt (nee) en of zijn kinderen het respecteren (ja). Ook stelden ze vragen over make-up (ja, maar: ‘Ik ben geen kerstboom of dragqueen’) en operaties (voorlopig niet, en: ‘Gebruik alsjeblieft niet het woord verbouwen, ook niet tegen elkaar. Ik ben geen huis en een chirurg is geen bouwvakker’).

Gebruik alsjeblieft niet het woord verbouwen. Ik ben geen huis en een chirurg is geen bouwvakker

Vertrouwen

“Het klimaat is hier veilig”, wist Milly al veel eerder. “We hebben een leerling gehad die op de basisschool een meisje was, maar bij ons op school een jongen. Een ander meisje werd bij ons op school jongen en we hebben een jongen gehad met lang haar die graag roze jurken droeg. Dat kan allemaal hier.”

Wat natuurlijk niet wil zeggen dat er nooit een onvertogen woord valt. “Op deze school wordt ook gepest, worden ook vervelende dingen gezegd”, erkent oud-afdelingsleider Koekkoek. “Maar dit is een kleine locatie met 250 leerlingen die uiteindelijk heel open naar elkaar toe kunnen zijn.”
“Hier op school lopen ook minder ruimdenkende mensen rond”, zegt collega en vriendin Kyra Janssen. “Maar als team dragen we acceptatie uit waardoor Milly de kans heeft gekregen te laten zien wat voor mooi mens ze is.”

(Beeld: Fred van Diem)

Dat mooie mens liet vlak voor de vakantie voor het eerst letterlijk zien wie ze is. Half juli kwam Milly tijdens de vergaderingen voor het eerst als vrouw naar school. Leerlingen maakten toen ze hun rapport kwamen ophalen voor het eerst kennis met Milly. Op één leerling na: die had haar al eens gezien. “Ik ging dit voorjaar als vrouw met een collega naar de film toen we een leerling tegenkwamen”, vertelt Milly. “Ik dacht dat ze me niet herkend had, maar kreeg de volgende dag een briefje van haar. ‘Meneer Lanser, ik denk dat ik u gisteren gezien heb bij de film, maar u zag er heel anders uit. U kunt mij vertrouwen, maar ik wil hier graag even met u over praten.’ Ik heb die leerling meteen opgezocht en verteld dat ze me inderdaad had gezien als vrouw, dat ik binnenkort ook als vrouw naar school zou komen; of ze het zolang voor zich kon houden. De leerling reageerde heel lief en heeft haar mond gehouden.”

Vlak voor de rapportuitreiking, voor het moment waarop Milly haar mentorklas voor het eerst als vrouw ontvangt, zoekt ze die ene leerling nog even op en stopt haar een cadeautje toe. Het is misschien wel het meest emotionele moment van de dag. Want wereld choquerend blijkt de aanblik van mevrouw Lanser allerminst. Er zijn geen ongemakkelijke blikken, er is geen lacherige sfeer.

“Meneer -ik bedoel: mevrouw- wat heeft u mooie nagels”, roept leerling Demi uit. Milly en haar leerlingen vergelijken hun nagels, bespreken de verschillende nagelstudio’s in de buurt -het is allemaal zo normaal. Een leerling wier beugel de dag ervoor verwijderd is, krijgt meer aandacht voor haar uiterlijk.

Bespreekbaar

“Ik zei zonet per ongeluk ‘meneer’ tegen mevrouw Lanser”, verontschuldigt Demi zich later. “Ik heb haar het hele jaar gekend als man, nu is het raar ineens mevrouw te zeggen.”
En daarmee vat ze samen hoe de situatie nu, in het nieuwe schooljaar, nog steeds is. “Tweede- en derdejaars vergissen zich wel eens en noemen me meneer”, vertelt Milly. “Maar verder is het geen onderwerp van gesprek meer.” Bovendien, vergoelijkt ze: “Ik vergis mezelf ook wel! Dan leg ik bijvoorbeeld uit dat ik liever heb dat ze me eerlijk zeggen dat ze hun spullen vergeten zijn dan dat ze een smoesje verzinnen, en dan zeg ik: ‘Trek me aan mijn jasje, zeg: Meneer -eh, ik bedoel mevrouw…’”

Ik heb haar het hele jaar gekend als man, nu is het raar ineens mevrouw te zeggen

“Milly is zelf de eerste die een grapje zal maken. Ze zal niet gevoelig reageren als een leerling haar per ongeluk met meneer aanspreekt”, weet oud-afdelingsleider Koekkoek. “Ze maakt alles bespreekbaar. Dat dit verhaal zo succesvol is gelopen zit hem voor een groot gedeelte in de persoon Milly.”

“Haar coming-out op school is goed neergezet”, vult collega Janssen aan. “Maar Milly heeft het wel zelf gedaan. Ze heeft niets overhaast gedaan, niet voor zichzelf en niet voor anderen. En ze is heel echt, dat voelen leerlingen ook. Ze is niet iemand die toneelspeelt of een gek stemmetje opzet.”

“Ik kan me voorstellen dat het op een school in Amsterdam-West -ik noem maar wat- lastiger is om zo je verhaal te doen, dat je het dan voor jezelf houdt”, denkt Milly. “Maar als je het zelf niet te ingewikkeld maakt, hoeft het dat ook niet te zijn.”

Toen ze onlangs een kennismakingsgesprek voerde met haar nieuwe afdelingsleider liet ze iets vallen over het respect-project van vorig jaar. “Hij had niet in de gaten dat ik voorheen een man was. Daar was ik blij mee. En nieuwe leerlingen weten ook niet beter dan dat ik vrouw ben. Ik heb ze aan het begin van dit jaar wel verteld dat ik vorig jaar nog meneer Lanser was, de reacties waren of positief of blanco. Ik ben al talk of the town geweest, het is nu over tot de orde van de dag.”