‘Daling gemiddelde omvang klas zegt niets over werkdruk’ Bij het maken van beleid gaat de overheid te veel uit van een landelijk gemiddelde als het gaat om groepsgroottes. Die cijfers zeggen niets over de werkelijke situatie en de werkdruk op scholen, schrijft AOb-bestuurder Eugenie Stolk in een brief aan de Kamer. ‘Nog steeds zijn er op verschillende plekken plofklassen.’ Stolk pleit nogmaals voor een maximum gemiddelde van 23 leerlingen per klas op een school. 18 april 2018 • TEKST Webredactie Vandaag debatteert de Tweede Kamer over het onderwerp. Stolk vraagt de Kamerleden daarom in haar brief om aandacht voor de vraag waarom scholen kiezen voor grote klassen en of het onderwijspersoneel in die beslissing wordt betrokken. Uit cijfers van het ministerie van Onderwijs blijkt dat de gemiddelde groepsgrootte in het primair onderwijs is gedaald van 23,3 leerling in 2015 naar 23,1 leerling in 2017. Theorie ‘Gemiddelde klassen bestaan alleen in theorie’, schrijft Stolk. ‘Je ziet niet wat de variatie is. Zeker met passend onderwijs kunnen klassen van 23 leerlingen verschillen als dag en nacht. Een eventuele daling zegt niets over de werkdruk.’ Stolk schrijft dat de cijfers er totaal anders uitzien als ze over andere categorieën worden verdeeld. ‘Tien procent van alle groepen in het basisonderwijs heeft 30 of meer leerlingen, dat zijn 5200 klassen. 13 duizend klassen hebben 27 of meer leerlingen.’ ‘Zeker met passend onderwijs kunnen klassen van 23 leerlingen verschillen als dag en nacht’, schrijft AOb-bestuurder Eugenie Stolk aan de Tweede Kamer. Stolk vraagt naast een gemiddeld maximum per school ook om een transparant onderzoek naar de klassengrootte. Die inventarisatie moet beter, bijvoorbeeld door achterliggende cijfers vrij te geven en niet alleen met gemiddelden te werken, maar ook absolute getallen op te nemen. Grens Op het Jonge Kind congres in Bussum riepen kleuterjuffen onderwijsminister Arie Slob vorige week ook al op om een grens te stellen (zie het filmpje hieronder). Ze willen minder kinderen in de klas, zodat ze meer aandacht hebben voor de leerlingen. In reacties op het filmpje op de facebookpagina van de AOb vertellen leraren over hun grote klas. Zo schrijft een lerares: ‘Ik heb 37 leerlingen. Er komen er nog drie bij en de kinderen hebben verschillende moedertalen, zoals Pools, Russisch, Afghaans en Nederlands.’ Lees de hele brief van AOb-bestuurder Eugenie Stolk aan de Tweede Kamerleden. Debat in de Tweede Kamer volgen? Ga naar de website van de Tweede Kamer.
Leraar worden? Duik in het vak 19 jan Tijdens ‘Expeditie leerkracht’ ontdekken docenten-in-spe snel of het vak van leerkracht iets voor ze is. De eerste dag oefenen ze in het Technolab van de... LEES VERDER
Minister wil meer steun voor medezeggenschap hoger onderwijs 10 jan Minister Robbert Dijkgraaf wil niet alleen landelijke richtlijnen voor de financiële vergoedingen van leden van medezeggenschapsraden in het hoger onderwijs, maar ook voor hun scholing... LEES VERDER
Lerarentekort zet schoolbestuurder klem 19 okt Door het lerarentekort hebben schoolbestuurders uitzendbureaus nodig om aan personeel te komen - soms tegen wil en dank. Steeds vaker stellen onderwijsstichtingen paal en perk... LEES VERDER
CO2-meter verplicht in elk klaslokaal 30 sep In elk lokaal in het primair en voortgezet onderwijs moet verplicht een CO2-meter zijn. Dat heeft onderwijsminister Dennis Wiersma vandaag bekend gemaakt. LEES VERDER