Algemeen

Ambtelijke werkgroep wil flink investeren in onderwijs

Investeer in onderwijs. Dat is kort samengevat de boodschap van een ambtelijke werkgroep richting de verkiezingen. Want de overheid heeft haar kerntaak – goed onderwijs en gelijke leerkansen – niet goed ingevuld. Zonde, want goed onderwijs is 'een voorwaarde voor brede welvaart'.

Tekst Robert Sikkes - redactie Onderwijsblad - - 3 Minuten om te lezen

investeer-in-onderwijs

Beeld: Pixabay

Een opmerkelijk rapport van onder meer ambtenaren van onderwijs, financiën en het Centraal Planbureau (CPB) pleit voor grootschalige investeringen om de kwaliteit van het funderend onderwijs op orde te krijgen. Alleen al ‘het fundament op orde krijgen’ vraagt om 650 miljoen voor het primair- en voortgezet onderwijs. De meest vergaande investeringsplannen over de langere termijn lopen voor beide sectoren op tot ruim 7 miljard.

Snoeihard

Het rapport Fundament op orde: kwalitatief goed onderwijs voor iedereen maakt onderdeel uit van een dik pak aan ambtelijke studies waar geïnvesteerd of waar bezuinigd moet of kan worden. In de brief van coördinerend minister Hoekstra (Financiën) zit een disclaimer dat de coronacrisis natuurlijk alles in een ander licht kan stellen. Maar de boodschap van de ambtelijke werkgroep is snoeihard.

De overheid heeft haar kerntaak in het onderwijs namelijk ‘niet duidelijk ingevuld’, in gewone mensentaal: verwaarloosd. Het gaat mis met het ‘zeker stellen van de kwaliteit en het bieden van gelijke leerkansen’, schrijft de werkgroep. Dat kan opgelost worden door ‘vooral investeringen in de kwaliteit van leraren, schoolleiders en schoolbesturen’. De werkdruk van leraren is te hoog, het lerarentekort frustreert, een aantrekkelijk carrièreperspectief ontbreekt. Maar ook het onderwijs moet aan de bak, want door schoolbesturen wordt te weinig op kwaliteit gestuurd. En dat is allemaal hard nodig, want ‘goed onderwijs is een belangrijke voorwaarde voor brede welvaart.’

Het rapport mist een arbeidsmarktanalyse van leraren met een academische achtergrond

Salaris omhoog

In totaal komt het rapport met zeven mogelijke varianten. Bij de meeste plannen moet het salaris in het primair onderwijs verder omhoog om de achterstand ten opzichte van andere hbo’ers weg te werken. Voor leraren voortgezet onderwijs met een hbo-opleiding vindt de commissie dat minder noodzakelijk. Vreemd genoeg mist het rapport een analyse van de arbeidsmarktpositie van leraren in het po en vo met een academische opleiding.

De werkdruk willen de ambtenaren aanpakken door leerlingen minder lesuren te geven en de vrijkomende tijd te gebruiken voor betere voorbereiding en professionalisering. In een van de varianten wordt geïnvesteerd in een drie jaar lange begeleiding van starters. Naast de invoering van een nieuw curriculum en forse investeringen in de voorschool en in achterstandsonderwijs, kijkt de commissie ook verder. In de meest vergaande variant wordt veel geld uitgetrokken voor één publiek gefinancierd systeem voor kinderopvang en onderwijs van nul tot twaalf of veertien.

Bezuinigingsvarant

Naast de investeringsplannen is ook een bezuinigingsvariant doorgerekend, want dat was nu eenmaal de opdracht. Bespaar 20 procent op primair en voortgezet onderwijs. De commissie lost dat op door een stevige korting op de lumpsum van vier miljard. De gemiddelde klassengrootte gaat dan van 21 naar 28 leerlingen. Minder onderwijstijd wordt niet ingevuld door leraren meer tijd te geven voor professionalisering. Echt serieus wil de commissie deze optie niet nemen. Omdat dan kwaliteitsverbetering en het overeind houden van gelijke kansen ‘lastig worden’.

Alleen nog maar kleine scholen in plattelandsgebieden

Daarnaast zijn er maatregelen die volgens de commissie wel degelijk het overwegen waard zijn om het beschikbare geld beter te gebruiken. Er zijn bijvoorbeeld te veel kleine scholen waar dat niet nodig is. In plaats van de dure kleine scholentoeslag zou er financiering moeten komen op basis van de bevolkingsdichtheid, zodat alleen in plattelandsgebieden nog kleine scholen kunnen bestaan. Een maatregel die ook door de Inspectie van het Onderwijs in de Staat van het Onderwijs wordt genoemd en in het McKinsey rapport Een verstevigd fundament voor iedereen. Gratis schoolboeken stelt de ambtelijke commissie ook ter discussie, net als het gratis schoolbezoek aan het Rijksmuseum en het parlement.

Veel onderdelen van de investeringsplannen komen overeen met wat de AOb begin 2019 schreef in de nota 'Investeer in onderwijs'. Deze nota beschrijft ook voor mbo en hbo waar extra geld het hardst nodig is.