460 miljoen euro voor primair en voortgezet onderwijs

Een noodpakket van 423,5 miljoen was de eis van de gezamenlijke vakbonden en werkgevers. Dat geld moest er komen om goed onderwijs te garanderen voor onze kinderen. Om de werkdruk te verlagen, de loonkloof tussen basis- en voortgezet onderwijs te dichten en het beroep van leraar aantrekkelijker te maken. Leraren die lesgeven in het speciaal onderwijs zouden er beter mee beloond worden, net als personeel op scholen in achterstandswijken.

‘Wij hebben met z’n allen dat geld voor 2020 binnen gehaald’

Met de dreiging van een massale staking heeft het kabinet nu 460 miljoen euro toegezegd waarmee het onderwijs de winter doorkomt. “Het onderwijs heeft ontzettend hard geknokt voor dit geld”, zegt AOb-voorzitter Liesbeth Verheggen. “Wij hebben met z’n allen dat geld voor 2020 binnen gehaald.”

Nog niet klaar

Een groot gedeelte van de 460 miljoen is incidenteel; liever hadden de gezamenlijke bonden structureel geld gekregen. “We zijn nog niet klaar voor de toekomst”, stelt Verheggen. “Dit is een eerste stap, in de toekomst zal er veel meer nodig zijn om de kwaliteit van ons onderwijs op peil te houden, er moet nog een breed investeringsplan komen. Dat we dit bod hebben gekregen betekent wel dat actievoeren werkt. Het is jammer dat het nodig is. Iedereen weet nu hoe groot de gevolgen van het lerarentekort zijn en is bereid daar iets aan te doen.”

 ‘De gezamenlijke staking is uitgesteld’

De afspraken met het kabinet zijn vastgelegd in een convenant dat vanmiddag door Onderwijsminister Arie Slob, de werkgevers en de gezamenlijke onderwijsbonden is ondertekend. “De gezamenlijke staking is nu uitgesteld”, vertelt Verheggen, “maar we zullen voor de langere termijn doorgaan met actievoeren voor meer structurele investeringen.”

6 november

Al bijna drieduizend scholen hadden laten weten woensdag 6 november dicht te gaan. “Of scholen woensdag 6 toch weer les gaan geven, laten we bij de teams en directies”, zegt Verheggen. “Wij gaan graag met leden in gesprek over waarom we met dit convenant hebben ingestemd.”