Hoe vraag ik mijn pensioen aan? En wat zijn de keuzes?
Ik ben 64 jaar en ik denk dat ik het wel red om tot mijn aow-leeftijd door te werken. Hoe moet ik te zijner tijd mijn ABP-pensioen aanvragen en voor welke keuzes sta ik dan?

Beeld: Typetank
Goed idee om hier alvast over na te denken. Inderdaad moet je het ABP-pensioen altijd zelf aanvragen, anders dan de aow die vanzelf ingaat. Dat kan vanaf een halfjaar tot uiterlijk twee maanden voordat je wilt dat het pensioen ingaat. Op dat moment kun je een aantal keuzes maken, die passen bij jouw situatie.
Minimaal twee maanden voordat je wilt dat je pensioen ingaat, dien je je aanvraag bij het ABP in
Je kunt het ABP-pensioen ruim voor je aow-leeftijd laten ingaan, al vanaf je zestigste. Wel pakt je maandelijkse inkomen dan flink wat lager uit. Het pensioenvermogen moet immers over een langere periode worden uitgesmeerd én je bouwt geen pensioen meer op. Wat ook kan is parttime doorwerken en kiezen voor een deeltijdpensioen. Dat heeft minder impact, aangezien je maar een deel van je pensioen naar voren haalt. Bovendien blijf je pensioen opbouwen over de uren die je nog werkt. De precieze effecten kun je laten narekenen op MijnABP.
Hoger
Wil je juist langer doorwerken, dan kun je je ABP-pensioen nog uitstellen tot vijf jaar na de aow-leeftijd. In dat geval komt je pensioeninkomen daarna juist hoger uit.
Je kunt er ook voor kiezen om de eerste jaren na pensionering een hoger ouderdomspensioen te krijgen en erna een wat lager pensioen, of net andersom. Beginnen met een hoger pensioen kan bijvoorbeeld gunstig zijn als je al weet dat je vaste lasten een paar jaar na pensionering omlaaggaan, bijvoorbeeld doordat de hypotheek dan is afbetaald of je gaat verhuizen naar een goedkopere woning. Dan maakt het voor je besteedbare inkomen niet uit als je pensioen tegen die tijd ook wat lager wordt. Beginnen met een lager pensioen is bijvoorbeeld een idee als je verwacht de eerste jaren nog wat betaalde klussen te kunnen doen, of als jouw partner nog een aantal jaar werkt.
Nabestaandenpensioen
Heb je een partner, denk dan samen alvast na over het nabestaandenpensioen. Dat is het maandbedrag dat jouw partner krijgt als jij als eerste overlijdt. Bij de aanvraag van je pensioen kun je ervoor kiezen om de hoogte aan te passen. Wil je het nabestaandenpensioen verhogen, dan pakt jouw ouderdomspensioen wat lager uit. Dat kan verstandig zijn als je verwacht dat jouw partner na jouw overlijden financieel klem komt te zitten.
Een lager nabestaandenpensioen is bijvoorbeeld een idee als jouw partner zelf al een prima pensioen heeft opgebouwd. Zo kan jouw ouderdomspensioen dus juist wat omhoog. Jouw partner moet overigens wel instemmen met deze keuze. En verwacht er niet al te veel van. Omdat het ouderdomspensioen naar verwachting langer wordt uitgekeerd dan het nabestaandenpensioen, pakt het extra maandbedrag lager uit.
Standaardpensioen
Wat ook kan, is geen keuzes maken - dan krijg je het standaardpensioen. Veel mensen kiezen hiervoor, volgens beleidsmedewerker Roelf van der Ploeg van AOb. Hij vindt dat jammer. “Niemand is standaard. Andere keuzes kunnen soms beter bij jouw situatie passen. Dus dit is zeker een onderwerp om bijvoorbeeld tijdens een vakantie eens rustig met je partner te bespreken.”
Zo vraag je je pensioen aan:
- Stap 1: Log in bij MijnABP via de website van het ABP.
- Stap 2: Stel je gewenste pensioen samen via ‘Plan uw pensioen’. Bij elke keuze zie je de gevolgen voor de hoogte van het pensioen.
- Stap 3: Definitieve aanvraag. Je krijgt daarna zo snel mogelijk bericht van het ABP over de toekenning.
- Stap 4: Je kunt je pensioen nog aanpassen tot de ingangsdatum.
Dit valt er te kiezen:
- Eerder of later met pensioen: vanaf 60 jaar tot vijf jaar na de aow-leeftijd. Minimaal twee maanden voordat je wilt dat je pensioen ingaat, dien je je aanvraag bij het ABP in.
- Deeltijdpensioen: parttime werken en deel van het pensioen naar voren halen.
- Hoger-lager: de eerste pensioenjaren kiezen voor een hoger of juist een lager pensioen.
- Aanpassing nabestaandenpensioen: meer ouderdomspensioen of juist extra nabestaandenpensioen.
- Bedrag ineens: als de wet doorgaat, kun je tot 10 procent van het pensioenvermogen in één keer uitgekeerd krijgen.