Alle

AOb-voorzitter Thijs Roovers gaat terug voor de klas: ‘Daar kan ik totaal mezelf zijn’

Na vier jaar AOb-bestuur gaat Thijs Roovers na de zomer weer fulltime voor de klas. Hij wordt leerkracht bij cbs Tamarinde in Zaandam en voorzitter van de Kompasgroep met leraren van alle 25 scholen van stichting Agora in de Zaanstreek.  

Tekst Daniëlla van 't Erve - Redactie Onderwijsblad - - 9 Minuten om te lezen

Thijs Roovers

In 2021 werd Thijs Roovers gekozen in het dagelijks bestuur van de AOb: 'Echt, dit is de enige functie waarvoor ik mijn plek in de klas wil verlaten', zei hij daar destijds over. Foto: Peter van Dorst

Gefeliciteerd met je nieuwe baan! Je gaat weer lesgeven? 
“Ja, dank je. Ik heb er ook echt veel zin in, al moet ik eerlijk zeggen: het is ook wel spannend.”

Spannend? Na al jouw ervaring in het onderwijs?
“Zeker. Ik heb vier jaar geen lesgegeven en het voelt als springen in een koud zwembad: ik weet dat ik kan zwemmen, maar je moet er wel even doorheen.” 

Zijn er dingen die je in de tussentijd hebt geleerd die je nu in de klas anders gaat doen?
“Niet concreet in het lesgeven. Natuurlijk heb ik inzichten opgedaan, gesprekken gevoerd over goed onderwijs en vakliteratuur bijgehouden, maar het werk als bestuurder is totaal anders dan wat je in de klas doet. Het is een ander speelveld.”

Heb je het lesgeven gemist?
“Absoluut. Besturen is interessant en belangrijk, daar heb ik bewust voor gekozen en dat heb ik met volle overgave gedaan. Maar een deel van dat werk vraagt soms ook dat je je net iets anders presenteert dan je je voelt. In de klas kan ik totaal mezelf zijn. Sterker, als je dat niet bent, val je bij de kinderen al snel door de mand. Dat heb ik wel gemist. En wat ik ook mis zijn de vele korte succesmomenten op een dag: een leuk gesprek met een kind, een goede les of een fijne afsluiting van de dag. Besturen is vaak werk van lange adem.”

Ik vond het absurd hoe slecht dit werk betaald werd

Waar kijk je het meest naar uit?
“Dat ik weer van toegevoegde waarde kan zijn voor leerlingen die dit het hardst nodig hebben. Ik heb bewust voor de Tamarinde gekozen vanwege de herstelopdracht en de moeilijke buurt. De school is 6 minuten fietsen van mijn huis, dat vind ik sowieso fijn, maar ook heel belangrijk. Je moet de smaak van de wijk kennen, ouders en leerlingen in de supermarkt tegen kunnen komen, zodat je weet wat er speelt en wat in de klas nodig is. Leraar ben je in mijn visie altijd, dus ook buiten schooltijd. Ik kijk ernaar uit om me daar weer helemaal op te kunnen richten.” 

Thijs Roovers met Jan van de Ven met duizenden stakers tegen de loonkloof basis- en voortgezet onderwijs in Rotterdam

In 2017 wist Thijs Roovers met Jan van de Ven (rechts) van PO in Actie samen met de AOb en andere onderwijsbonden ruim 60.000 leraren op de been te krijgen voor het dichten van de loonkloof tussen basis- en voortgezet onderwijs. Een doel dat in 2022 gehaald werd. Foto: Jan van de Ven

Laten we even teruggaan naar het begin: hoe ben je eigenlijk in het onderwijs beland? 
“Dat was echt toeval. Ik kom niet uit een onderwijsgezin zoals veel van mijn collega’s en mijn eigen schooltijd was nogal divers. Inmiddels heb ik alle onderwijsvormen doorlopen, maar ik heb heel lang niet geweten wat ik wilde. Na de mavo ging ik via 4-havo naar het mbo en na twee jaar hbo ging ik maar aan de slag bij de strafgriffie in Arnhem. Toen mijn relatie uitging, dacht ik: ik moet hier weg en werd ik matroos op een zeilschip. Soms voeren er schoolklassen mee, dat vond ik helemaal fantastisch. Daar merkte ik dat het omgaan met kinderen mij erg goed lag.”

En toen ben je de pabo gaan doen?
“Nee, ik heb eerst nog als trainer bij een groot Amerikaans concern in Amsterdam gewerkt. Toen de pabo letterlijk tegenover het kantoor een locatie opende, voelde dat als een teken en heb ik me ingeschreven. Al tijdens mijn stage had ik het gevoel: hier hoor ik thuis. De bevlogen mensen, de cultuur van blijven leren en mogen groeien, zo ontzettend tof, dat had ik nog nooit nergens anders ervaren.”

Alleen dat salaris…
“Inderdaad. Ik vond het absurd hoe slecht dit betaald werd. Toen ik moest verhuizen, zei de bank: ‘Oh verdien je zo weinig? Dan krijg je geen hypotheek.’ Dat was het moment dat ik dacht: dit kan echt niet. Ik werkte in Bos en Lommer, een wijk waar het lerarentekort het hoogst is en de behoefte aan goed onderwijs juist het grootst. Het feit dat je als fulltime werkende leerkracht dan niet eens een appartementje van 50m2 kunt betalen, vind ik nog steeds onacceptabel. En niet zozeer voor mezelf, maar omdat het aangeeft hoe slecht we essentiële beroepen waarderen, want dit geldt ook voor de zorg en politie.”

En dat was de reden dat je samen met anderen PO in Actie startte, dat leraren massaal wist te mobiliseren waardoor het onderwerp op de agenda kwam. Waar jullie eerst tegen de vakbonden ageerden, werd je in 2019 lid van de AOb en vervolgens kwam je in het dagelijks bestuur. Hoe kijk je daarop terug?
“De AOb is de enige vakbond die in 2019 verantwoordelijkheid nam en een afgesloten convenant terugdraaide, nadat leden protesteerden. Dit tekent een goede organisatie. Ik vind het belangrijk dat de stem van de werkvloer meer gehoord wordt. De AOb heeft die beweging echt opgepakt. Meer luisteren, meer leden erbij betrekken, besluiten nemen mét de werkvloer. PO in Actie had zijn doelen behaald en zichzelf opgeheven, maar er valt in het onderwijs nog genoeg te doen. Een sterke bond is de enige route om tot verbetering te komen en ik dacht: als ik wil dat dit zo doorgaat, moet ik daar zelf aan bijdragen.”

Thijs Roovers geeft les in klaslokaal

In 2020 verruilde Thijs Roovers de basisschool waar hij al tien jaar met plezier werkte, met een achterstandsschool. In een interview met het Onderwijsblad zei hij daarover: ‘Gedwongen overplaatsing door de besturen werkt niet, maar ben je een ervaren vakbekwame leerkracht, bedenk dan waar jouw inzet het hardste nodig is. Verdeel de pijn, dan is de beroepsgroep deel van de oplossing.’ Foto: Guus Dubbelman

Je zat vier jaar in het dagelijks bestuur, waarvan het laatste jaar als voorzitter. Waar ben je tevreden over?
“Uiteraard het dichten van de loonkloof in 2022. Dat we voor al het personeel in po en vso het salaris gelijk hebben getrokken met dat in het vo, was wel de kroon op het werk. Ook ben ik tevreden over het aantal leden van de AOb dat nog steeds stijgt. En dat het gelukt is om het Beroepsbeeld Leraar vast te stellen, waarin staat wat ons vak precies inhoudt en welke kennis en vaardigheden daarvoor nodig zijn. Dit is een eerste belangrijke stap om de autonomie te vergroten, wat het werk aantrekkelijker maakt.”

Is er eigenlijk iets wat je niet gelukt is?
“Ik had nog een duidelijk doel: het voortgezet speciaal onderwijs gelijk trekken met het voortgezet onderwijs. Met PO in Actie vroegen we daar in 2017 al om. We zijn acht jaar verder en het is nog steeds niet geregeld. De loonkloof is weliswaar gedicht, maar je zit nog met verschil in aantal lesuren, de bevoegdheid, examinering, enzovoort. Dat belemmert scholen, het beïnvloedt het werk van leraren en de kwaliteit van onderwijs. Dat moet en kan echt beter.”

Ik had nog een duidelijk doel: het voortgezet speciaal onderwijs gelijk trekken met het voortgezet onderwijs. Dat is nog steeds niet geregeld

Waarom lukt dat niet?
“Het is een heel complexe sector met allemaal verschillende clusters en uitstroommogelijkheden. We hebben onderzoek laten doen en daaruit blijkt dat er dus ook verschillende routes nodig zijn. Wetgeving en de cao kunnen daarbij helpen, maar daar hebben we dus ook de werkgevers voor nodig. En dat gaat mij te traag. Dit gaat over de meest kwetsbare kinderen en dat we het dan niet goed genoeg voor elkaar krijgen om dat beter te maken, om die eerste stap te zetten, vind ik echt kwalijk.”

Is dit het dieptepunt?  
“Oeh, nee, een historisch dieptepunt vind ik de bezuinigingen van het kabinet en het klappen van het herstelplan. De manier waarop dit gaat, zonder enig overleg of navraag, vind ik echt kwalijk. Daarnaast viel de interne reorganisatie bij de AOb me als bestuurder zwaar. Inmiddels stijgt het aantal leden weer en hebben we intern een goede slag gemaakt, maar ik heb hier echt wakker van gelegen.”

Thijs Roovers en voormalig Onderwijsminister Dennis Wiersma

Thijs Roovers overhandigt in december 2022 een manifest aan Onderwijsminister Dennis Wiersma waarin de AOb er samen met Ouders & Onderwijs en Defence for Children voor pleit dat elk kind in 2030 les krijgt van een bevoegde leraar. Foto: ANP/Bart Maat

Beetje flauw misschien, maar er is nog een lerarentekort, niet-passend onderwijs, klassen die kleiner moeten… als je het hebt over toegevoegde waarde, zou je dan niet beter nog een stapje hoger kunnen? Als minister heb je misschien nog meer invloed?
“Nee, ik zou het de sector gunnen dat juist veel meer bestuurders ervoor kiezen om hun functie neer te leggen en voor de klas te gaan. We hebben veel te veel clubjes die over onderwijs praten en te weinig mensen die het doen. En uiteindelijk gaat het om het doen. Dus nee, ik hoef niet naar het ministerie. Ik zie mijn stap ook niet als terugval, lesgeven is echt hartstikke leuk. Ik ben nog nooit chagrijnig naar het werk gegaan. Natuurlijk zijn er wel rotdagen, maar je werkt met leerlingen, met de toekomst van onze maatschappij. Ik kan hier prima tot aan mijn pensioen werken. Of misschien wel langer, want werken met kinderen houdt je jong.”

Een staking is geen gezellig dagje uit

Dus je gaat terug voor de klas, maar eigenlijk ben je nog niet klaar?
“Klopt. Mijn tijd als bestuurder zit erop, maar ik blijf actief. Er is inderdaad nog zoveel te doen. Ik krijg energie van projecten, van dingen opbouwen en veranderen. Dat deed ik met PO in Actie, met het Lerarencollectief, de MeetUp-bijeenkomsten, bij de AOb en dat blijf ik doen, ook vanuit de klas. Vanuit mijn rol als leerkracht en voorzitter van de Kompasgroep van leraren binnen het bestuur blijf ik de stem van de leraar laten horen.”

In een interview in 2016 over PO in Actie zei je: ‘Je gaat toch niet met een fluitje staan protesteren, dat is zo 1980’. Er is anders heel wat afgefloten tijdens de acties de afgelopen jaren.
“Haha, ja, maar daarin is toch echt wel iets veranderd. Dat zit ‘m vooral in de uitstraling. Een staking is geen gezellig dagje uit, maar we laten zien waar we voor staan, op de inhoud. We willen dat het vak serieus wordt genomen. Die slag is wel gemaakt, vind ik. En actievoeren blijft hartstikke nodig, dus dat hoef ik niet te missen, want ik ben er als leerkracht gewoon weer bij!”

Samen bereiken we meer! Sluit je aan bij de AOb