‘Minder werkdruk en minder tijdelijke banen in de wetenschap’

Wat was je mooiste moment van de afgelopen tijd?

Toen de coronacrisis uitbrak en werkplekken en laboratoria werden gesloten, werd al snel duidelijk dat een behoorlijk aantal onderzoekers het werk niet op tijd af zou krijgen. Ik liet me toen ontvallen dat er voor hen eigenlijk een noodfonds zou moeten komen. Dat hebben alle partijen in het cao-overleg opgepakt, en er is inderdaad geld beschikbaar gesteld voor deze groep onderzoekers. Dat was echt een heel mooi moment.

Donald Pechler is sectorbestuurder wetenschappelijk onderwijs en onderzoek voor de AOb.

Waar ben jij gedurende de week mee bezig?

Een belangrijk deel van mijn werk draait om het afsluiten van de cao. Ik ben altijd wel bezig met voorbereidingen treffen, met de onderhandelingen zelf of met het nawerk. En ik spreek ook vaak met leden: wat vinden zij belangrijk in hun arbeidsvoorwaarden?

En: wat vinden zij belangrijk?

Je zou denken het salaris, maar het aanpakken van de hoge werkdruk staat toch op de eerste plaats. Die moet echt omlaag en daar kunnen wij in de cao invloed op uitoefenen. Want als je mensen te weinig tijd geeft voor hun taken, bijvoorbeeld voor het voorbereiden van colleges of het nakijken van tentamens, leidt dat direct tot structureel overwerk. Iets wat helaas maar al te vaak gebeurt. De AOb is ook een van de partijen die aangifte van een te hoge werkdruk heeft gedaan bij de arbeidsinspectie.

Wat heb jij zelf met wetenschappelijk onderwijs?

Ik begon ruim negentien jaar geleden als juridisch adviseur voor de VAWO, de vakbond voor de wetenschap die inmiddels is opgegaan in de AOb. Ik heb in al die jaren ontzettend veel goede en leuke contacten opgedaan in de wetenschappelijke wereld. Zo ken ik aan
universiteiten en onderzoeksinstellingen nog steeds mensen die ik al in mijn eerste jaar geholpen heb. Mensen die door tussenkomst van de vakbond tot aan hun pensioen hebben kunnen doorwerken, terwijl hun leidinggevende ze destijds de
deur uit wilde werken. Dat persoonlijke contact, me inzetten voor anderen: daar doe ik het voor.

Hoe ontspan jij na je werk?

Met de hond wandelen en fietsen – buiten of op de hometrainer. Op die hometrainer graag met stevige muziek op, bijvoorbeeld van U2 of Anouk.

Wat is jouw doel op lange termijn?

Minder tijdelijke dienstverbanden. Van alle dienstverbanden in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek is zo’n veertig procent tijdelijk. Van dat percentage wil ik steeds wat afsnoepen. Deze ‘flexibele schil’ is misschien soms nodig voor een organisatie, maar geeft werknemers geen enkele zekerheid of toekomstperspectief. En dat wil ik mensen op lange termijn wel bieden.

Wat heb jij nodig in je werk?

Het zou mooi zijn als nog meer mensen lid zouden worden van de AOb. Voor ons als bond, want dan kunnen we meer gedaan krijgen bij de werkgevers. Maar met name voor de medewerkers zelf. Want ik kom, ook in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, nog steeds mensen tegen die niet weten wat de vakbond voor hen doet. Word lid en ontdek het, zou ik zeggen.