Dienstencentrum godsdienstig en humanistisch vormingsonderwijs

Openbare basisscholen moeten het godsdienstig en humanistisch vormingsonderwijs aanbieden aan leerlingen als ouders erom vragen. Taken van het Dienstencentrum gvo/hvo zijn onder meer het beheren van het geld voor vormingsonderwijs en het afsluiten van de cao voor leraren die dit onderwijs geven.

Looptijd

Deze cao voor de medewerkers van het Dienstencentrum gvo/hvo heeft een looptijd van een jaar: 1 augustus 2014 tot 1 augustus 2015. De cao-partijen hebben afgesproken dat deze cao opnieuw stilzwijgend is verlengd. Als cao-partijen niet ten minste zes maanden voor het verstrijken van de looptijd de cao opzeggen, wordt de cao telkens verlengd met één jaar.

Onderhandelingen

Op dit moment liggen de onderhandelingen voor een nieuwe cao stil. Eind juni 2018 stuurde AOb-onderhandelaar Hélène Jansen een mail naar de leden bij het Dienstencentrum waarin stond dat er een financiële kink in de kabel is gekomen. De structurele bekostiging blijkt ontoereikend om tot goede cao-afspraken te komen. ‘We zijn gezamenlijk -de bonden en de werkgevers bij het Dienstencentrum- tot de conclusie gekomen dat er actie nodig is richting de politiek’, aldus Jansen.

Daarom stuurde de AOb op 28 juni 2018 een brief aan de Tweede Kamer. Ruim een jaar geleden werd er namelijk een einde gemaakt aan de onzekere subsidieregeling voor het godsdienstig en humanistisch vormingsonderwijs. Er werd een wetswijziging aangenomen die openbare scholen structureel geld geeft om het vormingsonderwijs te regelen. De bedoeling hiervan was ook dat de docenten gvo/hvo arbeidsvoorwaarden krijgen die gelijkwaardig zijn aan hun collega’s uit het primair onderwijs.

Ook werd er in 2017 een motie aangenomen door de Eerste Kamer waarin stond dat er 1,4 miljoen euro wordt vrijgemaakt voor een ‘inhaalslag’ in het loon van de docenten gvo/hvo. De AOb is verontrust over de nadere uitwerking van de bekostiging door het ministerie van Onderwijs. Daarin is geen enkele bepaling opgenomen die direct of indirect verwijst naar het idee van gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden of naar het vrijmaken van geld voor een inhaalslag.

‘Het gevolg hiervan is dat de docenten gvo en hvo dreigen op structurele achterstand te blijven staan en geen garantie kunnen hebben op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden. Sterker nog, nu al kunnen wij als vakbonden geen cao-overleg voeren met de werkgevers omdat de structurele middelen tekort schieten’, zo staat in de brief aan de Tweede Kamer. De AOb roept de Kamerleden op om een verzoek bij de minister neer te leggen om de bekostiging aan te passen.

Meepraten over de cao

AOb-leden praten mee over de cao. Als de AOb-onderhandelaar met de werkgevers een onderhandelaarsakkoord bereikt, dan ontvangen leden een nieuwsbrief in hun mail waarin de afspraken kort worden toegelicht. Ook wordt er een digitale ledenraadpleging gehouden en kunnen werknemers hun mening geven over het bereikte akkoord.

Hélène Jansen is sectorbestuurder voor het mbo bij de AOb.

Onze onderhandelaars

AOb-sectorbestuurder Hélène Jansen onderhandelt namens de AOb over deze cao.